DENK AAN MIJ …
Dit zei Jezus tijdens de laatste maaltijd die Hij samen met zijn vrienden hield.
Terwijl Hij het brood brak en deelde: “blijf dit doen om Mij te gedenken”. Jezus
nam het brood in zijn handen, Hij dankte God zijn Vader, Hij brak het brood en
deelde het met zijn vrienden.
Bij elke Eucharistieviering herhaalt de priester wat Jezus toen deed. Het zijn
dezelfde gebaren, het zijn dezelfde woorden.
Voor ons, Jezus’ vrienden en leerlingen, heeft het Brood dat we dan delen een
heel andere betekenis gekregen. Het is ‘Lichaam van Christus’ geworden. Het is
Jezus zelf die in ons midden is. Wij worden één met Christus, omdat wij hetzelfde
Brood delen. Wij worden één van hart en één van ziel, één gemeenschap in
Christus.
Dit weekend vieren wij Sacramentsdag. We staan meer dan anders stil bij wat er
toen gebeurde. Het tonen van het Brood, het danken voor deze gave, het
zegenen en het delen van een stukje Brood, dat in werkelijkheid het gebroken
Lichaam van Christus is dat aan ons wordt gegeven. Het is een geschenk, een
Gods geschenk. Brood wordt Christus. “Moeilijk te begrijpen”, zeggen veel
mensen. Is dat zo?
Kijk eens naar een roos in de etalage van een bloemenwinkel.
Je ziet een mooie bloem. Je koopt die roos en geeft die aan je allerliefste. Zij/hij
ontvangt die roos en voelt daar iets speciaals bij: een roos, met liefde gegeven,
een roos van hem/haar. Je gaat er goed voor zorgen. Je voelt je vriend of
vriendin heel dichtbij. Is dit zo moeilijk te begrijpen?
“Denk aan Mij”, zei Jezus. Daarom denken we altijd aan de gever, vooral aan de
Gever.

diaken Gerrit Fennema