Iemand zei tegen Jezus: “Meester, zeg aan mijn broer dat hij de erfenis met me deelt”. Jezus doet dat uiteraard niet. Hij waarschuwt de man om voorzichtig te zijn en niet hebzuchtig. We horen het in de lezingen van dit weekend. Een goed verstaander heeft aan één woord genoeg, zegt men. Alles is ijdelheid, wat heb je aan al je geploeter. We willen graag alles hebben. Mag ik u vragen wat hebzucht met u doet? Je wordt er misschien een beetje rijker van, maar hebzucht groeit. Je wilt steeds meer. Mag ik nu een tweede vraag stellen: “wordt u er ook gelukkiger van”? U hoeft niet te antwoorden, ik ken het antwoord. Alles wat we hebben is niet wie we zijn. Een derde vraag: “wie ben ik?”

Veel mensen maken een pelgrimstocht om daar een antwoord op te krijgen. Zo wandelde iemand naar Santiago de Compostella. Ergens bij een klooster vroeg hij voor de nacht onderdak. Een monnik opende de poort en liet hem binnen in het gastenverblijf. Hij stond wat verwonderd om zich heen te kijken naar de soberheid die hem overviel. Hij kon het niet nalaten de monnik te vragen “waar zijn jullie meubels?” De monnik vroeg op zijn beurt: “waar zijn die van u?” De man antwoordde dat die thuis waren, hij had alleen z’n rugzak met de noodzakelijkste spullen. “Ik ben op reis”, zei hij. “Precies”, zei de monnik, “we zijn allemaal op reis, we zijn allemaal onderweg”. “Wij zijn in deze wereld allemaal pelgrims. Niet de aarde, niet ons bezit, maar Gods Liefde is het doel van onze reis”.

Ik hoor het weer doorklinken; ijdelheid der ijdelheden, alles is ijdelheid.

diaken Gerrit Fennema